Hoe lieflijk klinkt toch Jezus’ naam
1
|
Hoe lieflijk klinkt toch Jezus’ naam In ‘t oor van wie gelooft. Het is de naam die wonden heelt, En onze angsten dooft. |
2
|
Het is als balsem voor de geest En sterkte voor ‘t gemoed. ‘t Is manna voor wie honger heeft En rust voor wie het zoekt. |
3
|
Die naam, de Rots waarop ik bouw, Mijn Schuilplaats en mijn Schild. Mijn Schatkist, die met Zijn gena En deugden is gevuld. |
4
|
O Hij, mijn Redder, Bruidegom, Mijn Priester en Profeet. Mijn Koning, Herder, Weg en Doel, Hij, die mij leven geeft. |
5
|
Het werken van mijn hart blijft zwak En koud mijn warmste gloed. Wij loven U, zoals U wenst, Als wij U waarlijk zien. |
6
|
Uw liefde wordt verklaard met elke Adem die ‘k genoot. Gezegend is Uw grote naam Die overwint de dood. |
Delete Comment
Are you sure you want to delete this comment?