Heer, nu zie ik
1
|
Heer, nu zie ik: U wilt alleen dat ik geloof, niet anders ben, in al mijn fouten en gebrek. Ik geloof in wat U deed en niet in wat ik zie. |
2
|
Heer, ik geloof. Als alles hier verslagen is. Uiterlijk verandert er helemaal niets. Neen! Ik ben niet ontmoedigd, ja, ik geloof in U. |
3
|
Ja, ik geloof. Er is niets dat U van mij verlangt. Ja, geloof is alles wat U wilt van mij; Vrij van alle twijfel, ik ben vrij, ja, ik geloof. |
4
|
Heer, ik geloof. Want U bent mijn succes, o Heer. Als ik faal, vraagt U alleen dat ik belijd en van U blijf genieten, o Heer, ik houd van U. |